Terug
Adelaide,
26 november 2002
Na Alice Springs zijn we verder gereden
naar Kings Canyon, een heel mooi
gebied dat veel mensen overslaan in hun haast om naar Ayers Rock te gaan.
Het was het in ieder geval zeker waard om hiervoor 200 km de andere kant
op te rijden. Kings Canyon lijkt een beetje op Katherine Gorge. Het verschil
is dat er hier niet veel water door stroomt en dat je op de Kings Canyon
kunt lopen op de honderden meters hoge steile wanden (niet voor mensen
met
hoogtevrees). Op deze wanden heb je een schitterend uitzicht op de kloof
beneden je, waar o.a. een groot gebied is met palmbomen, waar een riviertje
door stroomt en waar allemaal tropische bloemen groeien. Deze plek heet
heel toepasselijk "The Garden of Eden".
Hierna zijn we naar The Olga's gereden; een groep van helemaal ronde bergen,
waar we ook weer een kleine wandeling hebben gemaakt. Onderweg naar de
olga's
kwamen we nog een groep wilde kamelen tegen en wat zogenaamde "dust
twisters"
(mini tornado's van maar enkele meters hoog met rood stof). 1 keer reden
we toevallig net door zo'n twister die net de weg overstak. Met alle ramen
open merkten we dat die toch best wel een flinke wind in zich hebben.
Na de Olga's was het tijd voor Ayers Rock, het meest populaire plaatje
op de ansichtkaarten in Australie. Ayers Rock is het mooiste bij zonsopgang
en zonsondergang, waarbij de kleur van bruin naar donkerrood en uiteindelijk
naar zwart gaat. Daarom besloten we maar om toch nog voor 1 keer illegaal
te kamperen, namelijk niet al te ver van Ayers Rock, ergens in de bush.
Om 's ochtends wakker te worden en dan vanuit je "bed" Ayers
Rock te zien,
was toch wel weer een heel aparte ervaring.
Hierna gingen we op weg over de grens naar de staat South Australia, naar
Coober Pedy, een rit van ongeveer 700 km, waarbij de wegen steeds rechter
worden en het landschap steeds kaler. Na onderweg nog een emu en een dingo
te hebben gezien, kwamen we er een dag later aan. Coober Pedy is de opaal-stad
van Australie, en zelfs van de wereld (80% van alle opaal komt van hier).
De naam Coober Pedy komt van een taal van de aboriginals en betekend "blanke
mans gat in grond", wat de stad meteen al goed beschrijft. De helft
van
de mensen leeft onder de grond, schuilend voor het extreme klimaat: in
de
zomer kan het over dag 50 graden worden en in de winter kan het 's nachts
vriezen. De stad heeft een heel ruig uiterlijk, waarschijnlijk de reden
dat de film Mad Max 3 hier is opgenomen. Omdat hier heel veel opaalmijnen
zijn en het daarom niet zo moeilijk schijnt te zijn om aan explosieven
te
komen, kan het er samen met de "wild west cowboys" hard aan
toe gaan. Sinds
1987 is het lokale politiebureau 2 keer opgeblazen, de lokale krant en
de
rechtbank 1 keer en zijn er niet zo lang geleden 2 politiewagens opgeblazen.
Maar men zegt dat het hier nog steeds veilig is. En te zien aan de soort
dingen wat opgeblazen word, geloof ik dat ook wel.
We besloten om heel toepasselijk in een hostel onder de grond te slapen.
De kamer (op 7 meter diepte) was best koud en het zag er uit alsof je
gewoon
in een mijn sliep. De echte "Coober Pedy" experience.
De dag erna zijn we gaan kijken naar de Dingo Fence; een hekwerk van ongeveer
2000 km wat gaat van Brisbane (de oostkust) naar Coober Pedy en dan zo
naar
de zuidkust. Dit hekwerk is bedoeld om dingo's buiten zuid-australie te
houden, zodat men in dat gedeelte de schapen in het wild kan laten rondlopen.
Ook zijn we naar de Breakaway Reserve geweest, waar ook weer een gedeelte
van Mad Max 3 en de film "The adventures of Priscilla, queen of the
desert"
is opgenomen. Dit beschermde gebied was officieel alleen maar toegankelijk
met vergunning (die wij natuurlijk niet hadden). Het was namelijk te mooi
om voor die reden over te slaan.
Hierna werd het tijd voor de 600 km lange reis naar Port Augusta, aan
de
zuidkust van Australie. De weg van Coober Pedy naar Port Augusta was zo
recht, saai en slaapverwekkend dat er zelfs langs de weg borden stonden
met de teksten "Rest if tired", "Take a break" of
"Drowsy drivers die"...
Port Augusta was voor mij het einde van de reis met de auto, omdat ik
vanuit
hier een tour wilde boeken naar het bergachtige gebied van de Flinders
Ranges.
Maar eenmaal aangekomen in het hostel, bleek dat ik de enige was die er
verbleef. Andere hostels waren zelfs gesloten en ook in de stad zelf was
helemaal niks te doen. Omdat ik volgens mij de enige zou zijn op een tour
naar Flinders Ranges, ben ik snel op "The Ghan" (trein) gestapt
naar Adelaide,
waar ik nu dus tot 12 december blijf om te werken en om naar Kangaroe
Island
te gaan, waar ik onder andere weer eens ga duiken. Men zegt dat je er
mooie
riffen hebt en er zelfs met zeehonden kunt duiken... ben benieuwd...
Ayers Rock
Een bushfire die we onderweg tegenkwamen
Koala en Evrim
Terug